In Memoriam II

Ik ken Allard 26 jaar. Maar pas het laatste jaar ken ik hem écht. Eén van de meest bijzondere mensen die ik ken en me zeer dierbaar geworden dit afgelopen jaar.

Allard met zijn schaterlach en zijn mooie kleine glimlach, soms spottend.

Zijn onderzoekende ogen, zijn heldere opmerkzaamheid, het kijken en zien.

Zijn geweldige humor, die soms wreed kon zijn, maar tegelijk zo vreselijk goed en raak. Hoogbegaafd & kunstmens in hart en nieren, en vooral: hooggevoelig. De dieptes en onderlagen ziend, de ziel der dingen invoelend, feilloos en intuïtief. Wat ook een zware last was….

Allard met zijn rouw, verdriet, teleurstellingen, zoekend naar liefde, verbondenheid, vriendschap. In steeds kleinere kring, zich afvragend: “wie kan ik nog vertrouwen?”

Het omgaan met verlies, het verlies van 2 goede vrienden (Cees en Hans); hij was nog steeds in de rouw.

Allard was een drifter, een zoeker en een zwerver, een dwaler, en vooral: een verdwaalde. Verdwaald in dit leven, verdwaald in zichzelf en steeds vaker in de twilight world verkerend de laatste tijd; het werd voelbaar zonder dat ik kon benoemen wat het precies was. Dik, stroperig in de onderlagen, als een schaduw. Ook sommige anderen hebben het gevoeld. Er groeide een vreemd soort afstand, en er was niets wat we er aan konden doen.

Siouxie zingt:

Never touching down, never leaving ground
A twilight world in which we roam
Still we don’t belong, drift on

Voor Allard: Ik begrijp en accepteer je keuze, hoe groot de leegte ook is die je achterlaat en hoe ik je ook zal missen: je humor en hoe we konden lachen om dingen, de lange, mooie gesprekken, de vriendschap, de verbondenheid die we hadden en de intimiteit die ik ervaren heb in deze vriendschap.

Laat er geen schuld zijn, geen schaamte en nóóit boete!

Je laat het…. het ging niet meer.

Lieve, bijzondere, verdwaalde man, ik hoop dat je thuis kunt komen, vrede en liefde vindt, tot rust kunt komen nu. Ik zal, we zullen je niet vergeten.

Monique Jansen